Dharma betekent : al wat kenbaar is . Meestal slaat het woord op het geheel van de leringen van de Boeddha op de dharma van de geschriften steunen de onderrichtingen.
De Dharma als waarheid of hoogste werkelijkheid – de inherente leegte van de geest – kan worden bereikt na intensieve geestelijke oefening .

Karma is Sanskriet dat staat voor daad of handeling. Je kunt het vertalen als “causaliteit van de daden “. Karma wijst op de wetmatigheid van het verband tussen oorzaak en gevolg. De Boeddha leert dat de lotsbestemmingen van wezens , net zomin als hun vreugden , hun lijden of de manier waarop ze het universum zien , te wijten zijn aan het toeval of aan de wil van een almachtig wezen . Ze vloeien voort uit hun daden in het verleden . Zo wordt ook hun toekomst bepaald door de kwaliteit – positief of negatief – van hun huidige daden.
Er is een collectief karma, dat aanleiding geeft tot een algemeen wereldbeeld , en een individueel karma , dat onze persoonlijke ervaringen bepaalt.

Mededogen (karuna) is de wil om alle wezens te verlossen uit hun lijden en de oorzaken van hun lijden ( de negatieve daden , ingegeven door onwetendheid ).Mededogen hoort samen met liefde ( de wens dat alle wezens zowel het geluk als de oorzaken van geluk kennen ) , met onzelfzuchtige vreugde ( die zich verheugt in andermans kwaliteiten ) en met gelijkmoedigheid , die de eerste drie genoemde gevoelens zonder onderscheid verdeelt over alle wezens , zowel vrienden als vijanden.

Meditatie is het zich vertrouwd maken met een nieuwe voorstelling van de dingen . Men onderscheidt analytische meditatie en contemplatieve meditatie . Analytische meditatie kan zich richten op iets dat men in gedachten heeft (bijvoorbeeld de notie van onbestendigheid  anicca ) , of een kwaliteit die men graag tot ontwikkeling zou willen brengen ( zoals liefde of mededogen ) .
Contemplatieve bemiddeling brengt ons in contact met de natuur van de geest en laat ons daarin verwijlen , los van conceptueel denken .

Middenweg ( madhyamika ) : het meest verheven idee van het boeddhisme , zo genoemd omdat ze twee extremen vermijdt : zowel de ontkenning van , als het geloof in , de werkelijkheid van de fenomenen en het zelf.

Onbestendigheid (anicca) : er bestaan twee soorten : de grove en de fijne .Grove onbestendigheid heeft te maken met zichtbare veranderingen. Onder fijne onbestendigheid verstaat men dat niets identiek blijft aan zichzelf , ook niet in de kleinst denkbare tijdseenheid.

Ontwaken of verlichting (vidya) is de ultieme vervulling van de spirituele oefening : de innerlijke kennis bij uitstek , verbonden met een oneindig mededogen .
Een volmaakt begrijpen van de relatieve bestaansvormen ( de manier waarop de dingen aan ons verschijnen ) , van de ultieme bestaanswijzen ( hun ware natuur ) , van onze geest en van de wereld der fenomenen. Verlichting levert het belangrijkste tegengif voor de onwetendheid  en bijgevolg voor het lijden .Deze toestand van uiteindelijke realisatie doet ook de subtielste sporen van misvatting over de aard van de werkelijkheid teniet.

Onwetendheid (avidya) is de foute of volstrekt ontoereikende voorstelling van de wezens en de dingen , waarbij hun een werkelijk , onafhankelijk , soliede en intrinsiek bestaan wordt toegeschreven.

Samsara is de cyclus van bestaansvormen , geregeerd door lijden en frustratie , veroorzaakt door onwetendheid en de met elkaar strijdende emoties die daar het gevolg van zijn . Pas wanneer men de leegte heeft bereikt en dus alle negatieve emoties zijn uitgeschakeld , kan men de natuur van de geest herkennen en zich van samsara bevrijden.

De Vier Edele Waarheden zijn : 1- de waarheid van het lijden , overal aanwezig in de cyclus van de geconditioneerde wezens ; 2- de waarheid van de oorzaak van het lijden : de negatieve emoties die moeten worden uitgeschakeld ; 3- de waarheid van het Pad ( de spirituele oefening ) die men moet doorlopen richting bevrijding ; 4- de waarheid van het einde van het lijden als de vrucht van de oefening : de verlichte toestand van de Boeddha.

Vijf vormen van kennis of aspecten van het Ontwaken zijn : de alles volbrengende wijsheid : de gelijkmoedige wijsheid ; de dharmadhatu wijsheid ( absolute ruimte ) ; de wijsheid van onderscheidend bewustzijn  en de spiegelende wijsheid. Deze vormen van kennis manifesteren zich wanneer de twee sluiers die het Ontwaken beletten zijn weggenomen : de sluier van de storende emoties en de sluier die de kennis van de ultieme natuur der fenomenen verhult.


Het ontstaan van het Mahayana (grote voertuig) en verder…

In de Pali-teksten van het Theravada (school van de Ouden) wordt de Boeddha beschreven als een man – prins Siddhartha Gautama geheten- die door het binnengaan in nirvana de wereld achterliet zonder boeddha.
De discipel kon alleen zelf proberen het Pad te gaan.
Mahayana-filosofen ( filosofen van het Grote Voertuig ) vroegen zich af of een boeddha zomaar verdween,net als een arhat  (heilige), die in hun ogen alleen op eigen welzijn was gericht.
En uit die gedachte vloeide de leer van de drie boeddhalichamen (trikaya) voort. Die stelt dat de ultieme werkelijkheid de Dharmakaya (waarheidslichaam) van de Boeddha is- equivalent van nirvana-, oftewel het absolute dat alle verschijnselen doordringt.
Het Sambhogakaya (Vreugdelichaam) van een boeddha is een emanatie ( verschijning ) hiervan en leeft als een hoogstaand wezen in de hemel. Uit dat vreugdelichaam rijst de Nirmanakaya op (lichaam van magische transformatie) : de Boeddha als mens en trancendent wezen uit de geschiedenis van NO- India.
De Mahayana-volgeling bewees de transcendente Boeddha eer of aanbad hem,maar ging er vanuit dat alle wezens een boeddha-natuur  hadden. Uiteindelijk waren de vereerder en het object van verering hetzelfde.Op een ander niveau van beoefening, zoals in tantra en Cha’n
( Zen),ging het erom dat de meditator de Boeddha als zich zelf herkende.Het boeddhisme kwam door Mahayana in de buurt van van geloof in een transcendente god , maar de mahayana-filosofen gingen juist een heel andere kant op.Voor hen vormde de leer van geen-zelf (anatta) de grondslag ; deze leer stelt in het Hinayana dat alle verschijnselen vergankelijk en zonder essentie zijn.

DUKKHA : lijden

ANICCA   : onbestendigheid

ANATTA: geen ik

Dit zijn de drie kenmerken van het bestaan

DE VIER EDELE WAARHEDEN

De eerste edele waarheid

         Onvoldaanheid en lijden bestaan en worden universeel ervaren

De tweede edele waarheid

         Verlangen en gehechtheid zijn de oorzaken van onvoldaanheid en lijden

De derde edele waarheid

         Er is een einde aan onvoldaanheid en lijden

De vierde edele waarheid

Het einde kan bereikt worden door te reizen op het Edele achtvoudige Pad

Het Edele achtvoudige Pad is als volgt :

Het juiste inzicht

Zie de dingen zoals ze werkelijk zijn zonder begoochelingen of vervormingen
want alle dingen veranderen. Ontwikkel wijsheid door te weten hoe dingen werken, je zelf en anderen kennend.

De juiste intentie

Het besluit en toewijding met heel uw hart om het verlangen van het in het midden plaatsen van het zelf  te overwinnen door het ontwikkelen van liefhebbende vriendelijkheid, invoelingsvermogen en mededogen.

Het juiste spreken

onthouding van leugens en bedrog, van je af bijten , ijdel gepraat en beledigend gepraat. Ontwikkel eerlijkheid en waarheidsliefde . Beoefen  spreken dat vriendelijk en welwillend is . Laat je woorden het verlangen weerspiegelen om te helpen en anderen geen kwaad te berokkenen.

Het juiste handelen

Beoefen zelfloos handelen dat het hoogste in het leven dat je wilt leven weerspiegelt. Toon handelen dat vreedzaam, eerlijk en zuiver mededogen toont voor alle wezens.

Het juiste levensonderhoud

Vermijd werk dat lijden veroorzaakt aan anderen of dat een eerzaam , deugdzaam leven onmogelijk maakt. Begeef je niet in werk dat het Pad tegenwerkt of van het Pad afleidt . Heb de wereld lief en dien de wereld door je werk

De juiste inspanning

Zoek de balans tussen de inspanning van het volgen van het spirituele Pad en een gematigd leven dat niet overijverig is.

De juiste aandacht

Tracht door constant waakzaam te zijn op je gedachte , spraak en handeling de geest los te maken van zelfgerichte gedachten die een scheiding brengen tussen ego en de
anderen en vervang ze door  die gedachten die alle wezens in je hart  sluiten.
Pas op voor je gedachten , emoties , lichaam en de wereld zoals ze bestaan in het huidige moment. Je gedachten scheppen je werkelijkheid.

De juiste concentratie

Probeer  door het toepassen van meditatie en mentale discipline de laatste vlam van het grijpen naar  zelf- bewustzijn uit te doven en ontwikkel een leegte die ruimte heeft om alle dingen in je hart op te nemen en lief te hebben.

De ontdekking van de Boeddha over de werkelijkheid wordt ook wel de vier zegels genoemd. 

De leegte aan inherent bestaan

De bron van het lijden is de discrepantie tussen hoe de dingen zich aan ons voordoen en hoe ze in werkelijkheid bestaan. Een belangrijke bezigheid van het filosofisch denken in het boeddhisme is het bestuderen van deze discrepantie en het onderzoek van de werkelijkheid , de wijze waarop de dingen uiteindelijk bestaan , door analyse en experiment. De Boeddha sprak van Vier Zegels die alles bevatten.

1 Alles wat samengesteld is , is vergankelijk.

Alle geconditioneerde  verschijnselen zijn vanaf het moment van ontstaan van voorbijgaande aard en blijven nog geen moment bestaan. Dit momentane karakter is het gevolg van de oorzaak zelf ; er komt geen andere factor aan te pas. Alles wat uit verschillende delen bestaat of geconditioneerd is door oorzaken en voorwaarden, is vergankelijk en van voorbijgaande aard. De dingen zijn niet eeuwig maar vallen voortdurend uiteen. Dit is de subtiele vergankelijkheid die ook in de moderne fysica gezien wordt.

2 Alles wat bezoedeld is ,is deplorabel.

Vergankelijke samengestelde verschijnselen zijn in principe het gevolg van oorzaken.De mens bestaat uit  fysieke en mentale bestanddelen die het gevolg zijn van vertroebelde emoties en verkeerde of bezoedelde daden.De vertroebelde emoties worden beheerst door onwetendheid dat wil zeggen de misvatting dat er zoiets als een intrinsiek bestaan zou zijn.Onderworpen zijn aan onwetendheid is lijden. Ervan bevrijd zijn is Nirvana .

3 Alle verschijnselen zijn leeg en hebben geen zelf.

Moeten we wel eeuwig lijden ? Nee dit is geenszins nodig want alle verschijnselen zijn leeg en hebben geen zelf . In werkelijkheid zijn alle verschijnselen leeg aan inherent bestaan en hebben geen zelf.Dit is hun werkelijke staat. Dat de dingen intrinsiek lijken te bestaan is verkeerd bewustzijn en een foute denkwijze. Er is geen valide fundament voor aanwezig .Het geloof in inherent en dus onafhankelijk bestaan is een reeds lang ingeslopen misvatting. We dienen deze misvatting en de uit haar voortkomende vertroebelende emoties uit de weg te ruimen .Als we alle misvattingen en vertroebelende emoties verwijderen dan zijn er geen bezoedelende oorzaken meer en is onwetendheid (sk. Avidiya  tib. Marigpa) gezuiverd tot alwetendheid. We bereiken de staat van vrede.

4 Nirvana is vrede.

Nirvana is de uitblussing van alle lijden door de uitblussing van nieuwe geboorten in de cyclus van wedergeboorten.

Plaats een reactie